zondag 25 december 2016

Doelstelling


In de cirkel van de seizoenen is de winter het seizoen waarin we in onszelf keren om te bepalen waar we ons op willen richten in het volgende jaar; de volgende cirkel van de seizoenen. Dat betekent dat we met de winter zonnewende een duwtje in de rug krijgen om te gaan kijken wat we precies willen gaan doen, wat we willen bereiken het komende jaar. En de terugkeer van het licht, van de zon en daarmee onze actieve vitaliteit helpt ons daarbij.

Met Kerst vieren we dan een paar dagen later de terugkeer van een heel ander Licht; mogelijk een Licht dat ons de weg wijst op een pad van verlichting. Het geeft ons een moment van verstilling, een moment om ons te richten op de (innerlijke) wijsheid die ons stap voor stap verder helpt op ons unieke persoonlijke pad.

Weer een paar dagen later verwelkomen we het nieuwe jaar. En dat nieuwe jaar beginnen we met onze ‘goede voornemens’. Die goede voornemens kunnen beslissingen zijn over dingen waarvan we vinden dat we ze eigenlijk zouden moeten doen (maar waar we om de ene of andere reden maar niet toe lijken te komen) zoals stoppen met roken, regelmatig naar de sportschool, gezond eten, afvallen etc. Maar het kunnen ook beslissingen zijn over zakelijke aangelegenheden, emotionele perspectieven, of hoe we in het komende jaar werkelijk een impact willen maken op de wereld om ons heen.

In de laatste tien dagen van ieder jaar zitten we dus ~ wat de energie betreft ~ in een periode waarin we vooruitkijken en onze doelstellingen bepalen.
Zakelijke doelstellingen (onze bezigheden of baan etc.), maar ook wat betreft ons welzijn (zowel fysiek als emotioneel); persoonlijke doelstellingen en misschien zelfs dingen die we willen bereiken in onze (directe) omgeving…

De volgende stap is dan om te zien welke structuur we nodig hebben om productief naar deze doelstellingen toe te werken. Welke stappen kunnen we zetten om ons doel te gaan bereiken? En hoe kunnen we het gemakkelijker maken voor onszelf om het allemaal vol te houden?

Zo bereiken we bijvoorbeeld vaak een beter resultaat wanneer we afspreken om samen met anderen regelmatig te gaan sporten.

Zelfs als een doel wat we onszelf stellen op dit moment ver buiten ons bereik lijkt te liggen is het een goed idee om in deze periode te gaan kijken hoe we er in ieder geval dichter bij kunnen komen. Wat is de eerste stap die we op dit moment al kunnen zetten?

Op deze manier worden de vaak vluchtige ‘goede voornemens’ echte doelstellingen die we heel vaak werkelijk gaan halen in het volgende jaar; in de volgende cirkel van de seizoenen.

zondag 18 december 2016

Het ene of het andere


Er gaat geen dag voorbij of we hebben allerlei keuzes te maken. Kiezen we voor het ene of voor het andere? Wat is het meest belangrijk?
Sommige van die keuzes zijn absoluut belangrijk, terwijl anderen er niet zoveel toe doen; tenminste niet zolang je niet steeds dezelfde keuze maakt. Zoals bijvoorbeeld de keuze tussen gezond eten en de minder gezonde, maar oh zo lekkere kost van onze (jawel) keuze.

Kiezen we voor een auto, of blijven we trappen op de fiets? Zoeken we een baan of gaan we voor onszelf beginnen? Een vaste relatie of liever op onszelf? Dromen we van een gezin met kinderen, of toch niet? Gaan we sporten of blijven we relaxen op de bank? Wandelen in het bos of op het strand?…

Zo ongeveer bij alles wat we doen maken we die keuze tussen het ene en het andere.
En sommige van die keuzes geven niet alleen die dag een bepaalde richting, maar kunnen ons hele leven veranderen. Terwijl andere keuzes nauwelijks consequenties hebben; anders dan dat we iets leuk vinden om te doen. Of niet.

Bij veel beslissingen kan het zo zijn dat het ene en het andere elkaar uit (lijken) te sluiten. Bijvoorbeeld, als we gaan wandelen in het bos, dan kunnen we (in ieder geval die dag) niet ook wandelen op het strand. En dan kan het zo zijn dat het afwegen van het ene en het andere heel lastig wordt. Hoewel ~ met de nodige creativiteit ~ er heel vaak een manier gevonden kan worden om zowel het ene als het andere in ons leven te krijgen.

Maar uiteindelijk komt het er op neer dat we onze keuzes zo maken dat we onszelf opbouwen in plaats van afbreken. Met andere woorden, dat of we nu het ene of het andere kiezen, dat we kiezen voor onszelf.

En dat is vaak lastiger dan je zou denken.

Op één of andere manier vinden we het vaak gemakkelijker om iets of iemand anders verlangens boven die van ons te stellen. Soms terecht ~ bijvoorbeeld in een baan is het een goed idee om je taken zo uit te voeren zoals dat van je verwacht wordt door je baas ~ maar andere keren eerder omdat we een patroon hebben opgebouwd waarin dat ‘gewoon’ is…
Eerst voor anderen zorgen dan pas voor jezelf; eerst doen wat gedaan moet worden, dan pas de tijd nemen voor jezelf. En vaak hebben we het idee dat het beter is om anderen te helpen dan om voor onszelf te zorgen. (…)

Misschien wordt het tijd om niet meer genoegen te nemen met het ene of het andere, maar om ervoor te kiezen zowel het ene als het andere in ons leven te brengen!


zondag 11 december 2016

Redeneren


Volgens ‘De Dikke Van Dale’ is de betekenis van redeneren: zijn mening over iets ontwikkelen op basis van feiten of veronderstellingen.
Dus uitgaande van de feiten zou iets op een bepaalde manier moeten werken; en dat betekent dat wanneer we dit doen, dat het resultaat zal zijn. Het is een principe dat geldt voor mechanische zaken of dingen die we doen of zeggen, net zo goed als voor concepten en feitelijke of persoonlijke waarheden.

Redeneren is daarmee het mentale proces ~ onze gedachtengang ~ waarin we bekijken of dat wat we willen gaan doen of zeggen ons het gewenste resultaat zal opleveren. Om dat te kunnen beredeneren is het noodzakelijk om ~ met een ‘open mind’ ~ te kijken wat de reactie zal zijn op dat wat we doen. En als het gaat over iets wat we willen vertellen, dan is niet alleen de woordkeus, maar ook de toon waarop we dat doen belangrijk.

Daarmee heeft het redeneren op zich ook te maken met vooruitzien. Met het inschatten van die reacties die we krijgen. Maar ook met het voorstellingsvermogen of iets überhaupt gaat werken. Sommige dingen werken prima op de ene manier en helemaal niet op een andere manier.

Een ander aspect van ‘redeneren’ is het gebruiken van de ‘rede’, het gebruiken van ons verstand. Met andere woorden, het gewoon eerst nadenken voordat we iets doen of zeggen wat ons in de problemen brengt. Bedenken wat de gevolgen zijn van onze acties ~ liefst voordat we ze uitvoeren.

Teruggaand naar de betekenis die het woordenboek geeft voor redeneren, betekent dat ook dat we dat wat we horen of lezen eerst toetsen op het ‘waarheidsgehalte’ voordat we het in ons leven implementeren of luidkeels als waarheid gaan verkondigen. Nou kan iets helemaal aansluiten bij wat wij geloven dat waarheid is, of bij onze persoonlijke waarheid; maar toch feitelijk onwaar zijn.
Het proces van redeneren zou dan vragen naar boven kunnen laten komen als ‘Waarom geloof ik dat het waar is?’, ‘Hoe is mijn persoonlijke waarheid op dit vlak tot stand gekomen?’, of ‘Hoe zijn de feiten tot stand gekomen? Statistieken of onderzoek? En door wie is dit gedaan?’

Het beantwoorden van vragen zoals deze geeft duidelijkheid in waar we staan. Onafhankelijk van de vraag of we onze mening daarover willen veranderen of niet, het geeft ons helderheid over de reden van ons standpunt.

Dat maakt dat redeneren in deze tijd eigenlijk heel populair zou moeten zijn gezien het feit dat we vrijwel doorlopend door allerlei informatie en nieuwswaardigheden worden bestookt. Het zou zeker een goed idee zijn om niet alles wat we horen of lezen zonder meer als waarheid aan te nemen; om eerst onze ‘rede’ te gebruiken en dat wat ons vertelt wordt te beredeneren…

zondag 4 december 2016

Redenen


Er zijn altijd dingen die we ‘zomaar’ doen in ons leven; zonder een aanwijsbare reden.
Maar de meeste dingen die we doen of willen gaan doen hebben een reden. Dat kan betekenen dat we gaan voor die specifieke baan, of die promotie; om dan genoeg geld te verdienen dat we kunnen verhuizen naar dat mooie plekje of misschien eerder met pensioen kunnen gaan. En op die manier weven we in ons leven een web van redenen en acties. Van oorzaak en gevolg.

De reden is de oorzaak en het bereiken van ons doel is het gevolg. Daartussenin ligt het traject waarin we stappen nemen om ons doel daadwerkelijk te bereiken…

Het grappige is dat oorzaak en gevolg vaak heel dicht bij elkaar liggen.
Want de reden was het verlangen naar het bereiken van het doel; naar het gevolg. Dus zouden we kunnen zeggen dat het uiteindelijke doel de reden is om de stappen te zetten om daar te komen.

Een beetje een vraag van: “Wat was er eerder, de kip of het ei?”

Wanneer we op deze manier naar het leven kijken, dan zouden we kunnen zeggen dat we altijd doelbewust leven in de zin dat er altijd een reden is om iets wel of juist niet te doen. Zelfs wanneer we er ons niet echt bewust van zijn dat we door onze acties uitkomen bij ons doel ~ wat dat doel ook moge zijn.

En dat is waar het ingewikkeld wordt.
Want als we dit principe van het hebben van een reden en daar actie op ondernemen om ons doel te bereiken niet bewust toepassen in ons leven ~ of ons zelfs niet bewust zijn dat het leven op deze manier werkt ~ dan kunnen onze redenen al snel excuses worden.

We kunnen bijvoorbeeld als reden hebben om iets niet te doen dat we het ‘niet kunnen’, dat we de kennis, techniek, handigheid, of de tijd niet hebben om het te doen. Maar is dat werkelijk waar?
Soms wel. Maar vaak gaat het er meer om dat we het eigenlijk niet willen doen. En er is natuurlijk niets mis mee om die keuze voor onszelf te maken!
Maar opeens ontstaat er een ontkoppeling tussen de reden en de (non)actie. En die ontkoppeling kan er aan de ene kant toe leiden dat we denken steeds minder te kunnen doen ~ het logische gevolg van de door ons opgegeven reden. Aan de andere kant kan er ook een onduidelijkheid ontstaan over onze grenzen; over dat wat okay is en dat wat niet acceptabel is voor ons.

En dat allemaal door een onduidelijke ~ of zelfs verbroken ~ verbinding tussen de reden en de actie.
En hoewel we een excuus kunnen verzinnen om iets niet te (hoeven) doen, blijft de oorzaak altijd het min of meer voorspelbare gevolg geven. Of we dat nu hadden voorzien of niet.

zondag 27 november 2016

Vervlogen tijden


Oude foto’s hebben iets. In zekere zin zijn die oude zwart-wit foto’s nostalgisch, curieus. We kijken ernaar met een zekere verwondering over hoe het leven toen was; lang geleden… We lezen ~ of als we nog familieleden of vrienden hebben die dat verleden hebben meegemaakt, luisteren naar ~ de verhalen uit lang vervlogen tijden.

In zekere zin hebben ook de verhalen uit onze eigen jeugd een zekere bekoring. Onszelf zien op foto’s met een ‘open’, onschuldig, vrolijk kindergezichtje die de herinnering terughalen over tijden waarin we vol verwachting naar het leven keken. We waren in het ‘nu’ en van daar uit kon het leven alleen maar beter worden!

Terugkijkend kunnen we dan ook zien hoe dat niet altijd zo is gelopen.
En soms zijn het de meest onschuldige opmerkingen die ons pad een andere wending hebben gegeven dan we toen verwachtingsvol naar uitkeken. Iets als “Lief zijn hoor!”. Of “Als je zoet bent krijg je een snoepje”.

En die goedbedoelde opmerkingen kunnen ons in een (gedrags)patroon gebracht hebben waar we boven alles ‘lief zijn’. Ook als dat niet hoeft, of wanneer het beter is om een frustratie of boosheid te uiten. En soms ten koste van ‘authentiek zijn’ of ‘onszelf zijn’.
Op één of andere manier ~ ook als we het begrip hebben dat er geen logische basis is voor ons gedrag ~ blijven we onszelf tekort doen door vooral ‘lief te zijn’.

Het is een manier waarop die lang vervlogen tijden een deel blijven uitmaken van ons leven; soms heel onbewust. Totdat we ons opeens realiseren dat we dingen met ons meedragen die in lang vervlogen tijden weliswaar klopten, hielpen, of op z’n plaats waren; maar die ons door de jaren heen steeds meer zijn gaan hinderen. Ons in de weg zijn gaan zitten.

Dan is het tijd om dat deel van ons uit vervlogen tijden los te laten.
Niet om er helemaal afstand van te nemen, maar om het boek met de foto’s, verhalen en ervaringen van vroeger te sluiten en op de plank te zetten.
Op die manier kunnen we het boek altijd even terugpakken om iets op te zoeken. Om terug te kijken. Om ons te verwonderen over de foto’s van weleer. Maar zonder de behoefte om dat wat geweest is opnieuw een actief deel van ons leven in het ‘nu’ te maken…

De vervlogen tijden zijn de stapstenen die ons gebracht hebben waar we nu zijn. En hoewel ze ons veel geleerd hebben, hoeven we ze niet met ons mee te blijven dragen. We kunnen dankbaar zijn voor wat het ons gebracht heeft, zonder in onze gedachten steeds met het verleden bezig te blijven.

De vervlogen tijden zijn voorbij, laten we ons richten op vandaag!

zondag 20 november 2016

Het probleem


We hebben allemaal wel af en toe een periode in ons leven waarin opeens niets meer lijkt te werken. We maken plannen en ze gaan niet door. We beginnen ergens aan en komen een obstakel tegen waardoor het hele project een andere wending krijgt. Of er is plotselinge situatie die al onze aandacht nodig heeft en waarvoor we al het andere ~ in ieder geval voor dat moment ~ aan de kant zetten.

Het is op zich een logische gang van zaken en meestal zullen we, als alles weer rustig is en de situaties en obstakels zijn aangepakt en opgelost, ons eigen leven weer oppakken.

Maar wanneer we hiernaar kijken vanuit het meer spirituele perspectief dat zegt dat wij alles in ons eigen leven vormgeven, dan wordt deze gang van zaken opeens een stuk minder vanzelfsprekend en zou het zo kunnen zijn dat wat we in ons leven hebben gecreëerd een (verborgen) boodschap voor ons heeft.

Want waarom zouden we obstakels in ons leven brengen? Of situaties waarvoor we alles opzij moeten of willen (!) zetten? Waarom brengen we onszelf in een situatie waarin niets meer lijkt te werken?
Dat zouden we zeker niet bewust doen.

De vraag is dan wat ons door ons onderbewuste wordt aangereikt om naar te kijken…

Dit kan van alles zijn en is daarmee heel persoonlijk. Voorbeelden zijn:
Plannen die opeens niet doorgaan kunnen ons vertellen dat wat we van plan zijn niet de beste volgende stap op ons pad is; of zelfs dat er addertjes onder het gras zitten wanneer we onze plannen zoals we die op dit moment in ons hoofd hebben doorvoeren.
Een obstakel kan verwijzen naar een (innerlijke) blokkade die we hebben. Dat kunnen ervaringen van vroeger zijn, of dingen die ons in onze vroege jeugd zijn bijgebracht en die misschien helemaal niet meer bij onze eigen persoonlijke waarheid horen, maar ons toch nog tegenhouden in de dingen die we willen doen en de doelen die we willen bereiken.
Een situatie waarvoor we al het andere aan de kant zetten voor dat moment, kan ons vertellen dat we opnieuw mogen kijken naar onze prioriteiten in ons leven. Naar dat wat we werkelijk belangrijk vinden in ons leven, om zo het onderscheid te maken tussen onze prioriteit en dat wat we ‘ook leuk vinden’ om te doen.

Daarmee krijgt een probleem in ons leven een hele dubbele betekenis.
Aan de ene kant is het iets om op te lossen, terwijl het aan de andere kant iets is om naar te luisteren. Om te zien waarom dit probleem op dit moment ons leven is binnengekomen. Zo gauw we dat begrijpen kunnen we ook de innerlijke stappen zetten om van het probleem te leren en tot een werkelijk fundamentele oplossing te komen.

zondag 13 november 2016

Olifant


Laten we het in vredesnaam niet hebben over de olifant in de kamer.
Het dier neemt alle ruimte in en we kunnen zelf niet meer van de ene hoek van de kamer naar de andere komen. Het dier hoort hier niet en staat in de weg… Maar nee, laten we er alsjeblieft niet over praten. Misschien verdwijnt het dier net zo plotseling als het is gekomen wanneer we er geen aandacht aan schenken. Wanneer we het doodzwijgen.

Of het dier gaat zich vervelen en beland na wat ongemakkelijke bewegingen in de porseleinkast.
En dan hebben we de poppen aan het dansen.

Die olifant is natuurlijk gewoon een prachtig dier. Wijs ook. En ondanks zijn grote gestalte oneindig gracieus.

Maar eerlijk is eerlijk, wanneer je in gezelschap van een olifant verkeerd, dan kun je daar niet om heen. Of het nu om dat prachtige dier gaat of om datzelfde dier in de figuurlijke betekenis; het wordt dan tijd om actie te ondernemen. En dat is nu precies wat we eigenlijk liever niet doen.

Want actie ondernemen betekent dat we werkelijk mogen kijken wat er aan de hand is. Dat we dat woorden mogen gaan geven. En zo gauw we er over gaan praten, dan is die werkelijkheid die er al zo heel lang was opeens ‘echt’. En wanneer het er ‘echt’ is, dan komen er confrontaties. Dan moeten we ons standpunt bepalen. Of misschien ook wel toegeven dat wij zelf in het verleden wel eens ‘een bok geschoten hebben’. Dingen misschien niet altijd even handig hebben aangepakt. Zaken hebben weggestopt in de hoop dat ze dan stilletjes zouden verdwijnen.

Zo gaat het echter zelden in het leven.

Dat wat is gebeurd heeft ons gemaakt tot de persoon die we nu zijn. Het gaat er in die zin ook vaak al lang niet meer over ‘schuld’; het gaat erover wat we ervan geleerd hebben. Het gaat erover dat we nu beter weten hoe we zelf in elkaar zitten; onszelf beter hebben leren kennen. Het gaat erover dat we nu weten dat sommige dingen wel kunnen en dat we andere zaken beter met rust kunnen laten.

Op het moment dat we dat accepteren, kunnen we verder met ons leven en maakt het eigenlijk niet meer zoveel uit of er over gesproken wordt of niet…

En soms hebben we alles precies zo gedaan zoals het goed was en staat daar toch ineens die olifant in de kamer. Misschien wel door iets wat heel ergens anders is gebeurd. Iets wat ons aan het denken zou moeten zetten. Iet waar we misschien wel juist over zouden moeten praten, zodat de kans dat het nog een keer plaatsvindt ~ en deze keer mogelijk veel dichter bij huis ~ kleiner wordt.
Om te zorgen dat die olifant niet eens in de buurt komt van de porseleinkast.

Dus laten we bij nader inzien juist maar wel gaan praten over die olifant. Of hij nu in de kamer staat of in zijn eigen leefomgeving; of wij dat nu nodig hebben, of de olifant zelf…

zondag 6 november 2016

Ons Levensverhaal


We hebben allemaal ons eigen levensverhaal. Letterlijk het verhaal van ons leven. Over onze kindertijd, school, studie. Over de vriendjes en vriendinnetjes en hoe sommigen van hun nog steeds een rol spelen in ons leven, terwijl anderen niet meer zijn dan een herinnering. Over de activiteiten die we vroeger geweldig vonden en hoe we die misschien nog steeds wel doen. Of misschien al heel lang niet meer gedaan hebben omdat ze niet meer in ons leven passen…

We komen ook allemaal op een punt in ons leven waarop het een goed idee is om eens bewust naar ons eigen levensverhaal te luisteren. Om te zien wat onze goede herinneringen zijn. En ook om ons te kunnen realiseren welke gebeurtenissen deel uitmaken van een patroon in ons leven. Dat kan een patroon zijn waar we nog steeds mee worstelen, maar het kan ook iets zijn waar we van geleerd hebben om er vervolgens afstand van te nemen.

En dat is precies waar ons levensverhaal ons het meeste kan helpen!
Want juist die patronen en gebeurtenissen die ooit obstakels voor ons waren maar die het ook mogelijk hebben gemaakt om dingen over onszelf te ontdekken. Die ons, of we dat nu wilden of niet, in een bewustwordingsproces hebben geplaatst wat op dat moment waarschijnlijk heel lastig en vervelend was, maar waar we zoveel van geleerd hebben. Dingen die we nu in ons leven kunnen doorgeven aan anderen.

Het punt is dat ons levensverhaal ons precies vertelt waar we door het Universum voor zijn opgeleid. Niet in globale bewoordingen die een brede richting aangeven, maar meestal bijzonder specifiek en gedetailleerd.
En dan blijkt dat juist die obstakels, die gebeurtenissen, problemen en patronen waar wij mee te maken hebben of hebben gehad, een leidraad zijn voor de manier waarop we anderen in een vergelijkbaar proces kunnen helpen.
Dan blijkt ook dat de opleiding die we van het Universum hebben ontvangen ons beter heeft voorbereid op ons werk dan we ooit hadden kunnen hopen. We weten er al meer over dan wie dan ook, omdat we het zelf hebben meegemaakt. We begrijpen precies waar die ander mee zit, want ooit zaten wij daar ook mee…

Hoe meer we anderen kunnen helpen in hun proces met wat wij zelf al geleerd hebben, des te meer leren we over onszelf en ons eigen proces; en des te beter zijn we voorbereid om anderen te helpen…

In die zin is het diploma van de school van het Universum terug te lezen in ons eigen levensverhaal.
Het enige wat we hoeven te doen is de tijd nemen om daar werkelijk naar te luisteren!
.
.

zondag 30 oktober 2016

Zeeland


In de eerste tien jaren van mijn leven gingen we met ons gezin iedere zomer op vakantie in Zeeland. Steeds in hetzelfde hotel aan de kust; helemaal aan het tipje van Walcheren. In die tijd was dat helemaal hip. Zeeland was dé vakantiebestemming voor ouders met jonge kinderen. Voor ons als kinderen betekende dit dat er altijd genoeg vakantievriendjes en -vriendinnetjes waren om mee te spelen, waardoor de ouders ook van hun vakantie konden genieten.

Na die eerste tien jaren van strand en zee, uitjes naar Middelburg, Vlissingen of Zoutelande; gaan kijken naar het ringsteken op de grote Belgische paarden ~ of soms zomaar de veerpont nemen van Vlissingen naar Breskens en terug, op het water met de zon op je gezicht en je haren in de wind ~ na die eerste tien jaren kwamen er andere interesses, nieuwe vakantiebestemmingen. Langere reizen…

Natuurlijk ben ik er nog wel eens terug geweest, maar nooit meer met dat gevoel van ‘thuiskomen’ op dat vaste vakantieadres.

Totdat ik een paar jaar geleden een afspraak had in Vlissingen en van de gelegenheid gebruik maakte om de kustroute te rijden. Door al de plaatsen waar ik toch veel vroege jeugdherinneringen van had.
En opeens realiseerde ik me dat dat gevoel van ‘thuiskomen’ wat ik als kind had wanneer we hier in de vakantie aankwamen veel dieper ging dan ik ooit had vermoed.

Ik voelde een enorme verbondenheid met het land, met het water ~ en met al die plaatsen met namen die verwijzen naar kerken, kapelletjes, nissen of kloosters. En dat zijn er nogal wat in het westelijke deel van Walcheren.
Van de Romeinse Nehalennia tempels, tot de banden die de ‘Johannesheeren’ hadden met de kruisridders. Van grote kerken tot kleinere, kalere en in zekere zin modernere bedehuizen.

En dat geeft te denken.
Waarom juist hier? Wat maakt dat de energie van het land, de kleigrond, de zee, de wijdse lucht een zodanige frequentie heeft dat zo’n beetje de hele westelijke helft van Walcheren zich kwalificeert als één grote spirituele plek? En zelfs als de moderne religie niet resoneert, wat is die energie die eronder verborgen ligt die dit gebied zo bijzonder maakt?

Het lijkt dat die energie zich verbergt waar iedereen het kan zien ~ kan ervaren ~ als een bijzondere spirituele plaats uit het begin van de tijd die juist nu opnieuw is ontwaakt. Een plek waar eeuw na eeuw, voor een ongelofelijk lange tijd, de kennis en wijsheid van het allereerste begin werd overgedragen aan de volgende generaties.
Een mysterie-school van het allereerste uur…

Ik denk regelmatig terug aan die vakanties in mijn kinderjaren. Tien jaren waarin mijn ouders mij kennis hebben laten maken met de tip van Walcheren, zonder er ooit erg in te hebben gehad hoe bijzonder dat gebied is!

zondag 23 oktober 2016

Vergeven



Vergeven. Het is een concept dat steeds vaker op de voorgrond lijkt te staan. En waar de ene misschien stiekem denkt: ‘Vergeven? F**k you!’ is er een steeds grotere groep die de waarde van vergeven onderkent en zichzelf en anderen graag vergeeft.

Even ter verduidelijking; wanneer we onszelf of anderen vergeven, dan verbreken we daarmee onze band naar een gebeurtenis of situatie die heeft plaatsgevonden. Het zegt niets over wat er is gebeurd. Het pleit die ander (of onszelf) dus ook niet vrij van verantwoordelijkheid ten aanzien van die situatie of gebeurtenis en zegt eigenlijk niets over de schuldvraag daarover. Maar het geeft ons wel de vrijheid om verder te gaan met ons leven, zonder de ballast van die gebeurtenis of situatie…

Nog niet zo lang geleden hoorde ik iemand praten over precies die schuldvraag in relatie tot ‘vergeven’; het schenken van vergiffenis.

In zijn optiek blokkeren we onze levensenergie wanneer we niet willen of kunnen vergeven. De energie van het leven, zoals dat door ons heen stroomt.
En dat heeft dan niet alleen invloed op hoe we in het leven staan, maar ook ten aanzien van de rijkdom van het leven. De overvloed…
Zelfs ~ en misschien wel op de eerste plaats ~ waar het geld betreft.

Zolang we blijven hangen in wie schuldig was aan die situatie of gebeurtenis, blijven we hangen in ‘die ander is mij een excuus schuldig’. Met andere woorden, we zijn geneigd te zeggen dat die ander een schuld heeft aan ons, terwijl die ander misschien wel op hetzelfde standpunt staat en zit te wachten op een excuus van ons.

In energie maakt het niet uit of iemand ons een excuus of geld schuldig is…
Dus in energie ‘steken we ons in schuld’ wanneer we ~ al dan niet over en weer ~ vinden dat die ander ons iets, bijvoorbeeld een excuus schuldig is.

Door te vergeven ~ zowel onszelf als die ander ~ nemen we de schuldvraag weg. En daarmee komen we op een punt dat we ~ in ieder geval in energie ~ geen schulden meer hebben.
Dat betekent dat we wanneer we vergiffenis schenken aan een ander en/of aan onszelf, we niet zozeer iets geven aan dia ander, maar vooral aan onszelf!

Zo gauw we vergiffenis schenken verdwijnt ‘de schuld’ en kan onze energie weer vrij stromen. Onze levensenergie net zo goed als de energie van de materie (geld) in ons leven.

Het concept is zeker niet nieuw. En iedereen op een spiritueel pad kent de waarde van vergeven.
Maar soms helpt het om een bekent principe eens in een heel nieuw licht te bekijken!

zondag 16 oktober 2016

Tekortgedaan


Soms is het een goed idee om eens te kijken naar wanneer en waarom we ons tekortgedaan voelen. Dat kan zijn omdat ons iets beloofd is waar we vervolgens nooit meer iets over horen. Of omdat we een afspraak hebben gemaakt, iets zijn overeengekomen met iemand wat dan niet wordt nagekomen. Of zelfs wanneer we een tekort aan wisselgeld terugkrijgen wanneer we ergens its kopen.
En in dit soort gevallen hebben we vaak daadwerkelijk een reden om ons tekortgedaan te voelen. Welke stappen we vervolgens nemen ~ of we iemand erop aanspreken of het gewoon loslaten en leren van de ervaring ~ dat is onze keuze.

Aan de andere kant gaat dat gevoel dat we tekortgedaan zijn vaak meer over een gevoel in plaats van een traceerbare interactie met iemand anders. Een gevoel van onvrede; een gevoel dat we meer waard zijn dan wat we krijgen van onze partner, onze baas ~ alweer geen promotie (?) ~ onze vrienden, of zelfs van het leven zelf!

Als we daarmee rond blijven lopen kan zo’n gevoel van onvrede, van tekortgedaan worden, een eigen leven gaan leiden. En wanneer dat gebeurt komen we al gauw op een punt waarop niemand meer iets goed kan doen. De bos bloemen waar onze partner mee aan komt zetten is te klein of de verkeerde kleur. De loonsverhoging is maar een tientje in de maand. Onze vrienden hebben op woensdag tijd terwijl wij op donderdag iets wilden ondernemen en ga zo maar door…

Eenmaal op dit punt aangekomen zouden we ons eigenlijk eens achter de oren moeten krabben en ons afvragen wat er nu eigenlijk echt aan de hand is. Gaat het in werkelijkheid over wat anderen ons te bieden hebben? Of ligt de oorzaak van dat gevoel van onvrede veel dichterbij, in onszelf?
Zou het zo kunnen zijn dat we zo druk bezig zijn met van alles wat we doen voor anderen, dat we onszelf vergeten? Dat we onszelf tekort doen?

We hebben allemaal onze eigen wensen, verlangens en behoeften die we graag vervuld willen zien.
Dat kan door onze wensen en verlangens kenbaar te maken aan een ander; erover te praten en zo een manier te bedenken waarop wij krijgen wat we nodig hebben.
Dat kan ook door ~ tenminste zo één keer in de week ~ stil te staan bij de vraag wat wij zelf nodige hebben; wat wij zelf wensen of verlangen en hoe we dat aan onszelf kunnen geven.

Soms is het handiger om zelf die bos bloemen te kopen in plaats van te gaan zitten wachten totdat een ander “eindelijk het idee krijgt”. Om op die manier aan onszelf precies dat te geven wat we wensen.
En vaak is het beter om de tijd die we voor onszelf nodig hebben gewoon in te plannen en er duidelijk over te zijn dat dit onze ‘eigen tijd’, onze ‘alleen tijd’ is.

En plotseling merken we dan dat dit gevoel van tekortgedaan zijn begint te verdwijnen. Dat we weer rustiger worden in onszelf en weer mogelijkheden zien in de wereld om ons heen in plaats van hoe het van alles van ons afneemt…

zondag 9 oktober 2016

Oogsten


In de natuur is dit de tijd waarin de vruchten rijp zijn.
Van oudsher is dit dan ook de tijd dat er noten worden gezocht, dat de appels en peren worden geplukt en worden opgestapeld in kistjes die dan koel worden bewaard. De aardappels worden opgegraven en in de kelder opgeslagen. Winterwortels worden geoogst en in schoon zand vorstvrij bewaard. En kool en spruitjes worden geoogst en vorstvrij, ondersteboven opgehangen.
Van oudsher is dit zowel een tijd van overvloed als een tijd van zorgen voor de toekomst; zorgen dat we ook door de koude wintermaanden genoeg te eten zouden hebben.

Hoewel dit in de natuur nog steeds de tijd is waarin de vruchten rijp zijn, worden de meeste vruchten allang niet meer op de ouderwetse manier opgeslagen. Sterker nog, we kunnen alles wat we mogelijk willen eten het hele jaar door kopen. En wanneer die groente of dat fruit in onze eigen luchtstreek niet beschikbaar is op dat moment, dan wordt het vanuit een ander deel van de wereld hierheen gevlogen.

Dat maakt dat we niet meer zo leven met de seizoenen. Dat de term ‘oogstmaand’ ons niet meer zoveel zegt. We willen wat we willen, wanneer we het willen…

En dat geldt niet alleen voor dat wat ons voedt, voor de letterlijke oogst, maar ook voor het succes dat we oogsten met onze bezigheden. Vaak verwachten we dat, nu we de beslissing eenmaal hebben genomen, we daar meteen de vruchten van gaan plukken. Dat de (goede) resultaten meteen in ons leven verschijnen.
Dat is alleen lang niet altijd het geval. Niet omdat het een verkeerde beslissing was, of omdat we toch ergens iets hebben ‘laten liggen’, maar meer omdat het nog niet de tijd is om te oogsten. Omdat als we meteen gaan oogsten, dan zijn de vruchten nog niet volgroeid en dan oogsten we minder in hoeveelheid, maar misschien ook wel nog hele zure vruchten die nog nergens goed voor zijn…

Maar wanneer we opletten in de natuur, dan zien we opeens dat alle vruchten rijp zijn. Het ene jaar wat eerder en het andere jaar wat later, maar plotseling hangt er iets in de lucht dat zegt, nu is de oogsttijd!
En als we dan ook opletten in ons leven, dan zullen we merken dat opeens dingen die we maanden geleden in gang hebben gezet ~ dingen die nergens toe leken te leiden ~ opeens resultaat geven.
Misschien omdat opeens iemand belt waar we allang niet meer op gerekend hadden. Of omdat we een meevaller hebben, of een uitnodiging krijgen waar we zelf nooit aan hadden gedacht dat zoiets ooit zou kunnen gebeuren. Of misschien omdat we zomaar, helemaal onverwacht een bos bloemen krijgen…

In ons dagelijkse leven zijn er in de oogsttijd ook altijd zaken te oogsten zolang we daar oog voor hebben en ervoor open staan.
Wat ga jij oogsten deze maand?

zondag 2 oktober 2016

Achterstallig


Het zijn van die dingen die misschien wel moeten gebeuren, een keer, maar niet op dit moment. Gewoon omdat we er geen zin in hebben, geen tijd voor hebben, het niet op ons ‘lijstje’ terecht is gekomen, het nu niet zo belangrijk is; de realiteit is dat we het nu niet doen.
En na een poosje ~ soms maanden, maar dat kan zomaar uitlopen tot jaren ~ ontstaat er een lijstje met ‘achterstallige zaken’. Zoals de tuin die nu langzamerhand zo’n beetje helemaal is dichtgegroeid. Of de terrastegels die door de jaren heen schots en scheef zijn komen te liggen. Of mijn persoonlijke favoriet, ramen wassen en de lichtkoepel van alle groene aanslag ontdoen.

Het zijn allemaal klussen die op zich niet vreselijk belangrijk zijn. Het leven gaat gewoon door, ook wanneer je ze niet aanpakt. Aan de andere kant is het wel zo dat wanneer je dan eindelijk de ramen lapt, of in de tuin gaat snoeien, dan heb je ook onmiddellijk eer van je werk. Het resultaat is meteen zichtbaar!
En dan vraag ik me altijd af waarom ik die klusjes niet bijhoud? Hoe komt het toch dat ze iedere keer weer bij de achterstallige zaken belanden?

Een deel van de reden ligt op het punt van prioriteiten. We hebben allemaal zo onze eigen prioriteiten. Dat wat we werkelijk belangrijk vinden. Dat wat onze kwaliteit van leven werkelijk aantast ~ in ieder geval voor ons gevoel ~ en daarmee dus iets wat we bijhouden. Waar we zorg voor dragen dat het op tijd gedaan wordt.
De keerzijde daarvan is dat er ook dingen zijn die ons niet zo boeien; die geen grote invloed op ons leven lijken te hebben of we ze nou wel of niet doen…

En toch heeft dat lijstje met ‘achterstallige zaken’ ons best veel te vertellen.
Want als het voor ons niet belangrijk is om de tuin te onderhouden en dan de tuin helemaal dicht te zien groeien, hoe belangrijk is het dan om onze eigen energie de ruimte te (blijven) geven? Laten we onze eigen ruimte ~ of misschien belangrijker, onze tijd ~ ook helemaal dichtgroeien? Tot het punt dat er voor ons geen doorkomen meer aan is?
Als we vinden dat we best kunnen leven met de tegels die schots en scheef liggen, leven we dan ook op een fundament dat schots en scheef ligt?
En met het ramen wassen… Als we niet meer scherp van binnen naar buiten kunnen kijken ~ en vice versa ~ zijn we ons dan nog werkelijk bewust van wat zich om ons heen afspeelt? Of hebben we dat eigenlijk een beetje weggeduwd?

En dan blijkt dat het soms een heel goed idee is om te kijken naar wat er voor ons ‘achterstallig’ is. Welke klussen steevast blijven liggen en hoe die zich verhouden tot de manier waarop wij ons persoonlijke ~ innerlijke ~ pad bewandelen.

zondag 25 september 2016

Iets nieuws


Wanneer we iets nieuws in ons leven willen brengen ~ of we dat nu heel logisch bekijken vanuit het perspectief dat we daarvoor sparen en het dan gaan kopen, of meer vanuit het oogpunt van ‘manifestatie’ ~ dan zijn er bijna altijd een aantal dingen die daaraan vooraf gaan.

Om te beginnen, hoewel dit ‘nieuws’ dus iets is wat we graag willen hebben, betekent dit gek genoeg niet altijd dat we ook ruimte maken in ons leven om het te gaan ontvangen. Het is vaak gemakkelijker om te gaan kijken naar advertenties voor die nieuwe baan, dat nieuwe huis, de nieuwe auto etc. dan het is om te onderzoeken wat ervoor nodig is om het mogelijk te maken. Bijvoorbeeld de opzegtermijn van je huidige baan opzoeken, zodat je weet wanneer je eventueel in die nieuwe baan kunt beginnen. Of onderzoeken wat het huis waar je nu woont waard is, of wat je woonlasten zijn; en hoe zich dat verhoudt tot die ideale woning waar je op uit bent. Voor auto’s is het misschien het gemakkelijkst; die ruil je in. Hoewel, als je niet te naaste bij weet wat je oude auto nog waard is, dan weet je dus ook niet of je een goede deal krijgt aangeboden…

Daarnaast is het een goed idee om dat ‘nieuws’ welkom te heten.
Dat klinkt misschien gek, maar wanneer het blije gevoel van het kopen van die nieuwe bank helemaal wordt overschaduwd door de stress van het afvoeren van de oude bank, dan doen we onszelf tekort. Het gevolg daarvan is dat het minder makkelijk kan zijn om die nieuwe ideale bank te vinden (voor de prijs die je eraan uit wilt geven). Want hij is (nog) niet welkom in je huis.

Tenslotte is het een goed idee om niet teveel in te vullen hoe dat ‘nieuws’ in je leven komt.
Door er helemaal open voor te staan en niet van tevoren al in te vullen hoe, wat, waar vandaan, wanneer, welke prijs etc., geven we onszelf veel meer ruimte om dat in ons leven te ontvangen wat voor ons het beste is op dat moment. Zelfs wanneer we dat zelf niet hadden kunnen bedenken of zelfs durven dromen…

Dus, de volgende keer dat je iets nieuws in je leven wenst, maak dan eerst ruimte om het te kunnen ontvangen, zorg dat het helemaal welkom is in je leven en sta het universum toe om je te helpen precies dat in je leven te krijgen wat je op dat moment nodig hebt ~ hoe dat ook gebeurt.

Hanger door Taliswoman Me
www.taliswoman.me

zondag 18 september 2016

Taal


Taal is een levend iets. Een organisme bijna. Of het nu over onze Nederlandse taal gaat of over welke taal dan ook, het is iets wat continue onderhevig is aan veranderingen en aanpassingen. Het aantal nieuwe woorden dat wordt opgenomen in onze taal is ieder jaar weer enorm! En daarnaast zijn er dan woorden uit andere talen die zozeer een deel van ons taalgebruik worden, dat ook die zich een plaats verwerven in onze dagelijkse communicatie. Dat alles maakt taal juist zo leuk!

Aan de andere kant lijkt het of je tegenwoordig geen krant of tijdschrift meer kunt lezen ~ of zelfs luisteren naar een nieuwsbericht, of gewoon de radio ~ of je komt ‘slecht taalgebruik’ tegen. En dan bedoel ik niet eens het woordgebruik of de woordkeus, maar eerder verkeerde spelling, het verkeerde gebruik van een bepaald woord, of grammaticale missers…
Het lijkt daardoor of er een verarming van de taal plaatsvindt; een vervlakking waarbij het steeds minder mensen iets kan schelen hoe onze taal gebruikt wordt.

Aan de andere kant is het ook zo dat wanneer de regels van de taal te strikt genomen worden, de taal niet meer gemakkelijk kan meeveranderen met de tijd, met de cultuur en daardoor al heel snel ouderwets aandoet. Als we te strak vasthouden aan de betekenis van bepaalde woorden, dan maken we het moeilijk om die woorden te gebruiken in nieuwe omstandigheden; om de woorden als het ware mee te laten groeien naar vergelijkbare, nieuwe concepten die in dit moment deel uitmaken van onze maatschappij.

In zekere zin is taal daarmee vergelijkbaar met een kind.
Aan de ene kant willen we onze kinderen veilig laten opgroeien en ze een aantal ‘standaard waarden’ meegeven. Aan de andere kant willen we ze ook de ruimte geven om te gaan ontdekken wat voor hun werkelijk belangrijk is en hoe zij hun leven willen inrichten. Dat maakt dat ze kunnen groeien en authentieke volwassenen kunnen worden.

Net als bij kinderen is het dus ook wat taal betreft best lastig om te zeggen wat goed is en wat echt niet klopt. Het is vaak afhankelijk van de omstandigheden en de doelgroep van de communicatie. Waar in de ene situatie een specifiek jargon noodzakelijk is, is datzelfde jargon in een andere situatie absoluut zinloos en staat het effectieve communicatie in de weg.
Dat betekent dat hoe we taal gebruiken afhankelijk is van de situatie waarin we ons bevinden, van wat we willen overbrengen en aan wie we dat duidelijk willen maken.

Gelukkig geeft onze taal ons daar een grote flexibiliteit in. En hoe groter onze woordenschat, des te meer mogelijkheden we hebben om onze boodschap over te brengen.

Dat betekent dat er dus maar heel weinig dingen zijn in het gebruik van onze taal die wijzen op ‘slecht taalgebruik’. Eigenlijk komt dat neer op het niet volgen van de ‘standaard waarden’ van onze taal: de grammatica. De structurele opbouw van onze taal, waarbinnen we alle vrijheid hebben om te veranderen en te groeien, maar die de taal nog steeds onze Nederlandse taal laat zijn…

zondag 11 september 2016

De moderne tijd


We hebben allemaal wel van die moment waarop we opeens een inzicht krijgen. Iets wat we misschien al wel wisten, maar waar we nooit op precies die manier naar hadden gekeken.

Maar terwijl ik op deze stille zondagmorgen met mijn neef zit te App-en, realiseer ik me wat een verschil dat is met vroeger.
Vroeger, in die zin, dat zondagmorgen de tijd was om op familiebezoek te gaan. En hoewel wij kinderen dan te horen kregen dat het bezoek alleen in de ochtend plaats zou vinden, bleek het altijd langer te duren dan gedacht. Soms was dat leuk. Maar afhankelijk van welk familielid er werd bezocht, kon dat ook heel lang duren. Of niet lang genoeg…

Met het meer betaalbaar worden van telefoongesprekken werd we gaandeweg steeds meer ‘bijgepraat’ inde familie via de telefoon.

Tussendoor werden dan brieven geschreven. De familie waar ik in ben opgegroeid was daar wonderlijk goed in en bewaarde die brieven dan ook. Om nog eens na te lezen, of over te mijmeren. Op de enveloppen werden dan met zorg ‘mooie’ postzegels geplakt voor de postzegelverzamelaars in de familie.

Het resultaat is een aanzienlijk familiearchief en een prachtige postzegelverzameling.

Maar terwijl de App-jes heen en weer vliegen realiseer ik me opeens dat de keren dat ik met familie aan de telefoon zit steeds minder vaak voorkomen. En familiebezoek is iets voor extreem bijzondere gelegenheden.
Zelfs mijn tante van in de 80 App-ed meer dan dat we elkaar daadwerkelijk spreken.
Maar ook de tijd dat de steeds ouder wordende vorige generatie wanneer een telefoonverbinding werd doorgeschakeld naar voicemail beduusd de telefoon weer op de haak legde is voorbij. Er word nu ingesproken. Bijvoorbeeld met de vraag of we even kunnen Skypen. Of dat ik ze even kan mailen…

De andere kant daarvan is dat ik nu, grappig genoeg, meer contact heb met familie dan ik ooit had gedacht! Ook omdat er nu geen ‘reden’ nodig is om ‘op een goede tijd’ te bellen; zo vlak na het avondeten bijvoorbeeld.

In deze tijd kunnen we heel gemakkelijk een fotootje delen. Of een kwinkslag. Even om raad vragen, of wat dan ook. En het antwoord is er bijna meteen.
En soms is het ook heel fijn dat we op zo’n manier contacten kunnen onderhouden juist zonder elkaar te zien. Gemakkelijker. Neutraler. Zonder door de emotionele mijnenvelden te hoeven bewegen die in bijna iedere familie wel voorkomen…

Dit alles maakt dat ik deze moderne tijd absoluut fantastisch vind!
 
 

zondag 4 september 2016

In onszelf


Er zijn veel ‘teachings’, richtingen en lessen ~ meestal met een spirituele inslag ~ die erop wijzen dat we alle antwoorden in onszelf kunnen vinden. Misschien niet door de logica van ons hoofd, maar dan toch zeker door het gevoel in ons hart, door ons onderbewustzijn ~ die laag van bewustzijn die een hogere frequentie heeft dan onze logica ~ of door ons te verbinden met ons hoger bewustzijn kunnen we de antwoorden vinden waar we naar op zoek zijn. Of dat nu gaat om het nemen van de juiste beslissing, of om te zien of wat iemand anders ons vertelt ook aansluit bij onze waarheid (of misschien zelfs gewoon niet waar is), in onszelf weten we het antwoord. Feilloos.

Wanneer we dat principe een stap verder nemen, dan is het redelijk om te veronderstellen dat we alles wat we mogelijk nodig zouden hebben of in ons leven zouden wensen al in ons hebben. Het is dan aan onszelf om dat wat eigenlijk al in ons leeft naar buiten te brengen en deel te laten zijn van ons leven zoals we dat ervaren in deze fysieke wereld.

En dat is voor de meesten van ons veel lastiger om te accepteren…
Het betekent dat niet alleen alle antwoorden, maar dat we letterlijk alles al in onszelf hebben. Het is er al, het is alleen verborgen onder denkbeelden, houdingen, patronen etc.

Dat zijn allemaal zaken waar we zelf controle over hebben. Wij kunnen onze houding veranderen. Wij kunnen besluiten dat patronen die waarheid waren voor onze ouders en grootouders, dat in deze tijd voor ons niet meer zijn…
Wij kunnen besluiten om dat wat diep in ons bewustzijn al leeft een plek te geven in de wereld, in ons leven. Om het vanuit onszelf naar buiten te laten stromen en ervan te genieten.

En met dit perspectief dat wij ~ en wij alleen ~ die controle hebben, komt de volledige verantwoordelijkheid voorons leven. Er blijft niets meer over buiten onszelf wat een werkelijke reden is waarom we iets wel of niet kunnen doen.

Alles ligt in onszelf.

Derek Rydall vergelijkt dit met eikeltjes in het bos.
Ieder eikeltje heeft het in zich om een majestueuze eikenboom te worden. En het enige dat het daarvoor nodig heeft is voedsel; zelfs wanneer het op bestrating valt is de kans groot dat het uiteindelijk een weg vindt om die eikenboom te worden.
Wij mensen blijven maar al te vaak hangen op het idee dat we ‘het beste eikeltje in het bos’ willen worden, zonder ooit te kijken wat we allemaal nog meer in ons hebben…

Misschien wordt het tijd om meer van onze mogelijkheden te gaan ontdekken!

Hanger door Taliswoman Me  www.taliswoman.me
.
.

zondag 28 augustus 2016

Reünie


Voor zolang ik me kan herinneren zijn mijn moeder en haar zussen ieder jaar bij elkaar gekomen in wat in de familie de ‘zussen-reünie’ werd genoemd. De reünie is ontstaan toen de zussen, vier in getal, allemaal hun eigen gezin hadden en door de drukte van gezinnen met kleine kinderen, beginnende carrières en nogal verspreid over het land wonend geen tijd hadden om elkaar regelmatig te zien of te spreken en elkaar een beetje uit het oog dreigden te verliezen.
Dit alles in een tijd dat je telefoongesprekken kort hield om de kosten in de hand te houden…

Maar die ene dag in het jaar werd er met iedereen bijgepraat, ‘vijf kwartier in een uur’. Er werd kinderkleding doorgegeven en geruild zodat wij als kinderen na zo’n dag ook vaak weer ‘nieuwe’ kleding in de kast hadden hangen. Er werden (groeps)foto’s gemaakt en aan het einde van de dag ging iedereen moe maar voldaan weer naar huis.

Sommige jaren leek zo’n dag te kort, terwijl in andere jaren een dag zeker lang genoeg was; afhankelijk van wat er op dat moment speelde in de familie. Maar al met al is de familie op die manier wel bij elkaar gebleven door dik en dun en door lief en leed…

Vandaag vindt de reünie weer plaats en ik ben als enige van mijn generatie uitgenodigd ‘als de dochter van mijn moeder’. De reünie heeft door de jaren heen een wat ander karakter gekregen en nu komen mijn tante, twee ooms ieder met hun tweede vrouw, een achterneef van mijn tante met zijn vrouw en het halfzusje van mijn tante bij elkaar. Niet meer zozeer om bij te praten ~ dat kan tegenwoordig zeker zo gemakkelijk via telefoon of Skype ~ of om kleding, recepten, boeken of informatie uit te wisselen, maar meer om die familieband in stand te houden zolang dat nog kan.

Het is nu een rustiger, mildere gebeurtenis waarin het genoegen van elkaar weer een keer te zien de boventoon voert…

Als traditie lijkt het iets te zijn wat meer in de vorige eeuw thuishoort, in een tijd waarin een dagje uit nog een hele belevenis was. In een tijd waarin we minder mobiel waren en nog geen mobiele telefoons hadden. In een tijd zonder Facebook, Skype, of WhatsApp.

Aan de andere kant geeft dat persoonlijke contact ook een heel rijk gevoel, een gevoel wat helemaal los staat van of je de persoon nu mag of niet. Het is een heel persoonlijk contact met je ‘roots’, de wortels van de familieboom. Aan de ooms en tantes kun je nog de vragen stellen over wat er ooit gebeurt is. Wat de familieband nu precies is met die verre achternicht. Of hoe het nu precies zat met dat verhaal over je toch wel wat excentrieke grootvader…


zondag 21 augustus 2016

Het einde van een tijdperk


Eens in de zoveel tijd maken we iets mee in ons leven dat ‘het einde van een tijdperk’ aangeeft. Dat kan het wisselen van de seizoenen zijn, het slagen voor een examen, een nieuwe baan of juist een pensionering, een verhuizing ~ maar wat het ook is, er is een verandering die ons in een volgende fase van ons leven doet belanden.
Daarmee is zo’n ‘einde van een tijdperk’ meestal ook een punt van bezinning. Een moment om terug te kijken naar wat was en vooruit te kijken naar wat gaat komen. Een ‘tijdsgewricht’ waarbij het ‘nu’ de brug is tussen de tijd die was en de tijd die gaat komen…

Zo’n ‘einde van een tijdperk’ is een verandering die dan ook altijd samengaat met een afscheid.
Dat kan een afscheid zijn dat we uitbundig vieren; ‘eindelijk klaar met school!’. Maar het kan ook een afscheid zijn van zaken waar we, in de tijd ze een deel van ons leven waren, intens van genoten hebben! En hoewel we dan uitkijken naar de toekomst en de nieuwe avonturen die daarin nog verborgen liggen, kan er ook een zeker verdriet zijn over dat wat we achterlaten.
Het halen van dat eindexamen is fantastisch, maar nu waaien de vrienden waar we mee zijn opgegroeid uit in alle windrichtingen, ieder op weg naar de toekomst van hun keuze.

Hetzelfde geldt voor bijna iedere verandering in ons leven. Of het nu een verandering is waar we al heel lang naar hebben uitgekeken, of een verandering die ons ‘zomaar overkomt’ of zelfs voor ons gevoel een beetje wordt opgedrongen. Er is altijd een afscheid van dat wat we kennen; van dat wat vertrouwd is voor ons. En die toekomst met nieuwe avonturen ziet er lang niet altijd duidelijk of leuk en spannend uit.
Dat maakt dat we aan de ene kant weerstand kunnen hebben om dat wat deel is geweest van ons leven op te geven, terwijl we aan de andere kant weerstand kunnen hebben om een onbekende toekomst in te stappen ~ zelfs wanneer we al een poosje hebben uitgekeken naar alle mogelijkheden die die toekomst ons te bieden heeft.

Die dubbele weerstand ~ aan de ene kant om dat wat was los te laten en aan de andere kant om dat wat komt te omarmen ~ kan maken dat we als het ware klem komen te zitten in dat ‘tijdsgewricht’. Dat we op die brug tussen wat was en wat kan zijn stil blijven staan. Dat we meer tijd nodig hebben dan we dachten om ons te bezinnen…

Om dan uiteindelijk (hopelijk) tot de conclusie te komen dat er een toekomst voor ons openligt.
En die toekomst is goed!



zondag 14 augustus 2016

Een kink in de kabel


Denken we het ene moment nog dat alles op rolletjes loopt in de richting die wij graag willen, zit er het volgende moment een ‘kink in de kabel’ en komt alles tot stilstand. Of het gaat opeens een heel andere richting op; een richting die we ons niet hadden voorgesteld…

Die kink in de kabel kan allerlei vormen aannemen ~ afspraken die worden afgezegd, onderdelen of materiaal wat niet op tijd aankomt, maar ook ziekte (al is het maar een stevige verkoudheid) kan een behoorlijke kink in de kabel zijn ~ maar de boodschap is eigenlijk altijd min of meer hetzelfde. Wanneer er iets gebeurt ~ schijnbaar zonder dat wij daar invloed op hebben, betekent het bijna altijd dat we iets niet zien. Dat er een aspect is aan dat waar we mee bezig zijn ~ of dat nu ons werk is, of ons leven zoals we dat vorm geven ~ dat we over het hoofd zien.

Dat kan zijn dat we het iedereen om ons heen zo naar de zin willen maken dat we vergeten wat we zelf werkelijk nodig hebben. Of dat we zo druk met iets bezig zijn dat we vergeten tijd voor onszelf te nemen. Maar het kan ook zijn dat we zo gefocust zijn op de doelgroep die wij voor ogen hebben ~ of dat nu onze familie is of een specifieke zakelijke doelgroep ~ dat we daarmee een andere groep, vaak onbedoeld, uitsluiten.
Of het kan zijn dat we met zoveel enthousiasme aan een nieuw project zijn begonnen, dat we vergeten zijn eerst alles wat we nog moesten afmaken daadwerkelijk af te maken en op te ruimen.

Wat het ook is, wanneer er een kink in de kabel van ons leven komt, dan heeft het universum ons iets te vertellen.
En dat betekent niet dat we dat wat we doen niet goed doen, maar eerder dat wanneer we onze plannen een beetje aanpassen, we mogelijk meer succes zullen hebben in wat we doen.

Met andere woorden, wanneer ons een spiegel wordt voorgehouden om ons te laten zien dat iets beter kan, dan betekent dat op geen enkele manier dat we op dit moment iets verkeerd doen!

Daarnaast hebben we ook altijd de vrije keuze om of de kabel te repareren en op dezelfde voet door te gaan, of een stap terug te doen en te kijken wat het is dat we niet zien. Even afstand nemen en een keer diep adem halen om te zien of we misschien ‘tegen de stroom inzwemmen’ en er een gemakkelijker manier is. Of dat er mogelijk een andere richting is die ons veel meer aanspreekt; die leuker is, of ons meer oplevert…

Eén ding is zeker, wanneer we te maken krijgen met een kink in de kabel van ons leven, dan is het tijd om keuzes te maken en beslissingen te nemen!

Hanger door Taliswoman Me  www.taliswoman.me

zondag 7 augustus 2016

Hier en nu


Op Facebook zag ik laatst een post langskomen die iets zei in de richting van dat het absoluut geen zin heeft om ons zorgen te maken over iets wat we in het verleden hebben gedaan (of juist niet hebben gedaan), of om bang te zijn voor iets wat mogelijk in de toekomst op ons pad zal komen…

Dat klinkt een beetje als een open deur intrappen, maar toch raken we daar vaak meer tijd en energie aan kwijt dan we zouden denken.
Bijvoorbeeld wanneer we onderweg naar huis met precies het goede antwoord op de proppen komen op iets wat iemand tegen ons zei toen we boodschappen deden. Of wanneer we ons zorgen maken wat we nou op de camping moeten doen wanneer het drie dagen achter elkaar zou regenen.

Het ene is al gebeurt en dat prachtige, gevatte antwoord kan dus alleen dienen als referentie voor de toekomst. Het andere kan ons gebeuren, maar misschien is het de hele tijd prima weer; dus totdat we in die situatie verkeren is het tijd- en energieverspilling om ons daar zorgen over te maken.
En wat deze twee voorbeelden gemeen hebben is dat geen van twee zich afspelen op dit moment. In het ‘hier en nu’.

Veel spirituele richtingen vertellen ons dat het een heel goed idee is om precies in het ‘hier en nu’ te leven. Om te stoppen ons zorgen te maken over het verleden of bang te zijn voor de toekomst. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan!
Misschien alleen al om het feit dat we plannen maken, afspraken maken (allebei in de toekomst), of omdat we terugvallen op iets wat gisteren of vorige week is gebeurt; iets wat op dit moment nog steeds speelt, of waar we morgen of volgende week weer mee verder willen.

Daarnaast is onze taal zodanig opgebouwd dat het lastiger is om ons leven helemaal in de tegenwoordige tijd uit te drukken. Zo zeggen we veel gemakkelijker: “Ik ga volgende week op pad om dit of dat te gaan doen” dan dat we zeggen “Ik heb het plan om volgende week dit of dat te gaan doen.”
Met de eerste zin plaatsen we ons in de toekomst ~ dus halen we onszelf uit het ‘hier en nu’ ~ terwijl de tweede zin ons helemaal in het ‘hier en nu’ laat blijven.
Of: “Ik heb gisteren zoveel plezier gehad toen ik…”, in plaats van “Ik geniet nog steeds van wat ik gisteren heb ervaren”. Want waarom zouden we die positieve energie van het plezier niet willen laten voortduren en blijven ervaren in het ‘hier en nu’?

Er zijn talen die juist andersom zijn opgebouwd, waar het heel lastig is om te vertellen wat we gisteren (of vorige week, vorige maand etc.) hebben gedaan, of wat we in de toekomst willen gaan doen. Die juist alles zien en uitdrukken vanuit dit moment. En er wordt gezegd dat dit helpt om meer in het moment te leven…
In het ‘hier en nu’.

Mandala van 'Womandala Me'  www.womandala.me

zondag 31 juli 2016

Aftellen


Als kind telden we de ‘nachtjes slapen’ af tot de grote gebeurtenis waar we naar uitkeken. Of dat nu onze verjaardag was, de vakantie, kerst, of Sinterklaas; het was nog vijf nachtjes slapen; nog vier nachtjes slapen, nog drie nachtjes slapen, nog twee nachtjes slapen, nog één nachtje slapen…
En dan was het eindelijk de grote dag!

Als volwassenen zijn we meer geneigd de dagen af te tellen; of zelfs de weken, maanden of jaren.

Aan de ene kant komt dat omdat we als volwassene een beter begrip hebben van ‘tijd’. We hebben er meer ervaring mee omdat eigenlijk alles in ons leven ‘op tijd’ gebeurt. Op de tijd die we daarvoor afspreken. Op de tijd dat we op ons werk zijn. Op de tijd dat de winkels open zijn en ga zo maar door. Als kind was er alleen het nu. We gaan nu spelen! We gaan nu naar school.
En als kind waren de dagen om avonturen te beleven, terwijl de nachten… Tja, dan sliepen we gewoon.

Met uitzondering van een handvol beroepen en de vakanties beleven we als volwassenen juist met name ’s nachts avonturen. In onze vrije tijd.
En als we slapen dan dromen we onze grootste, mooiste dromen. En daarmee hoeven die nachten niet meer zo snel voorbij te gaan. Het zijn juist de dagen die gevuld zijn met alle dingen die we moeten doen (en waar we misschien diep in ons hart helemaal geen zin in hebben) die wel wat sneller voorbij mogen gaan.
‘Over acht maanden ga ik met pensioen.’
‘Nog twee weken, dan gaan we op vakantie.’
‘Over tien dagen verhuizen we.’

Het grappige is dat met ons betere begrip van ‘tijd’, met het plannen van ons leven en het bijhouden van onze agenda’s, komt ook het verlangen om vooral ‘in het nu’ te leven.
Om weer terug te gaan naar een perspectief waar we alles wat we doen ‘nu’ doen.

De volgende stap daarin is om dat wat al gebeurt is los te laten; om te stoppen om in ons hoofd maar steeds weer onszelf te vertellen hoe we het beter hadden kunnen doen; anders… En om ons geen zorgen te maken over wat we morgen, volgende week, of volgende maand nog willen gaan doen.

Het kind in onszelf vraagt: ‘Maar dat is morgen; mogen we dan nu een ijsje?’

Als kind wilden we weten wanneer het nu die grote dag zou zijn.
Als volwassenen tellen we af naar iets waarvan we denken dat het beter zal zijn.

Misschien is het tijd om te bekijken hoe we elke dag weer tot een avontuur kunnen maken; niet overmorgen of morgen, maar gewoon nu!
.
.

zondag 24 juli 2016

Nattigheid


Op het platte dak van de buren staat na elke regenbui een flinke laag water. Komt omdat de regenpijp niet op het laagste punt van het dak zit; iets wat ooit ~ lang voordat mijn buurman er kwam wonen ~ bij een verbouwing verkeerd is gegaan.
In mijn gedachten is het een vijvertje en er zijn dan ook dagen dat ik vanuit mijn bovenraam toch even kijk of er geen ‘guppies’ in rondzwemmen. Maar nee, het enige dat er met dit warme zomerweer in rondzwemt zijn muggenlarven…

Dat maakt dat ik bij het geringste zomerbuitje ~ of af en toe een ‘zomerplensbui’ ~ nattigheid voel. Temeer daar ik geen groot liefhebber ben van muggen die met hun hoge toon om mijn hoofd heen vliegen ’s nachts en er dan altijd in lijken te slagen toch een stukje onbeschermde huid te vinden voor hun vampiersmaal.

Op hun beurt voelen die muggen misschien ook wel nattigheid wanneer mijn moordzucht de overhand krijgt na aanhoudend gezoem en meerdere muggenbeten…

Maar de nattigheid, de relatief vochtige atmosfeer laat alles in de natuur bijna uit zijn voegen barsten ~ niet alleen de muggenpopulatie. Overal groeit alles ‘als kool’! En wanneer dat niet regelmatig wat gesnoeid wordt, is het gemakkelijk om te zien hoe snel de natuur haar ruimte inneemt ~ en ‘onze’ ruimte overneemt. Zelfs in de stad.
Wat voor ons idee misschien niet zo’n mooie zomer is ondanks de aangename temperaturen, is voor de natuur een perfecte zomer van ongebreidelde groei en bloei.

Dat zou reden mogen zijn voor ons om ‘nattigheid te voelen’. Want het lijkt erop dat de veranderingen in het weerpatroon blijvend zijn. Dat mogelijk onze zomers ~ en zelfs onze winters ~ natter en warmer worden.
We horen tenslotte al jaren over klimaatveranderingen; en het gaat er een beetje op lijken dat dit natter en (relatief) warmer wordt voor ons. Met alles wat daarbij komt kijken.

Natter weer kan het lastiger maken om de traditionele oogsten binnen te halen. Om te hooien. Om de maïs of de aardappelen ‘van het land’ te krijgen. Maar ook groente- en fruitoogsten kunnen erdoor in de problemen komen.
Dan kun je de nattigheid al voelen ~ dat betekent hogere prijzen op de markt en in de winkel.

Het zijn allemaal veranderingen die ieder heel klein beginnen, maar die toch grote en verstrekkende gevolgen hebben.
En het kunnen seintjes zijn aan ons dat het tijd wordt dat we ons leven op een andere manier gaan leven. Niet zozeer ‘terug in de tijd’, maar eerder in een betere balans met de natuur en met het weer.

In een betere balans met onszelf.

zondag 17 juli 2016

Onderweg


We zijn allemaal onderweg. Onderweg naar ons werk, naar huis, naar sport… Onderweg om boodschappen te doen, de kinderen op te halen en ga zo maar door.

Daarnaast zijn we onderweg om ons plan ~ of zelfs onze dromen ~ waar te maken, om ons doel te bereiken, wat we daarbij ook voor ogen hebben.

Op een diepere, meer innerlijke laag zijn we ook onderweg; onderweg op ons persoonlijke pad. Dat pad waar iedere situatie en hoe we op die situatie reageren een ervaring is die bijdraagt aan de persoon die we zijn. Of misschien wel de persoon die we willen worden. De ‘betere’, meer gebalanceerde versie van onszelf.

In het dagelijkse leven blijven we vaak hangen in die meest praktische zin van onderweg zijn. Zorgen dat wat er moet gebeuren ook gedaan wordt. En zolang we daar geen steken bij laten vallen, doen we het allemaal best goed!
En er komt heus een tijd dat we onze dromen waar gaan maken! Alleen op dit moment wegen onze verantwoordelijkheden zwaarder.

De wereldreis, of dat plan om niet alleen ons leven mooier en voller te maken, maar om dat voor heel veel mensen te kunnen doen over de hele wereld. De droom om een boom te planten voor ieder jaar dat we leven…

Het zijn dromen en plannen waarvan we vaak niet meteen zien hoe we dat kunnen doen in de praktijk. Plannen die meer geld kosten dan het oplevert; geld dat we nu nodig hebben om onze rekeningen te betalen en te zorgen dat er ‘brood op de plank komt’.

Zo zetten we vaak onze diepste dromen en wensen opzij.
En misschien komt er een tijd dat we daar spijt van hebben. Dat we toch bij onszelf denken ‘had ik dat maar gedaan toen ik er de kans (of de energie, of de vrijheid) voor had.

En dat is waar ons persoonlijke pad om de hoek komt kijken en vaak ook uitkomst biedt.
Want iedere situatie, iedere keuze die we maken in het leven ~ of dat nu gaat over het waarmaken van onze wildste dromen, of over het opbouwen van een ‘goed leven’ voor onszelf en ons gezin ~ brengt ons een stap dichter bij ons doel.
Ook al vinden we ons in een situatie waar we nooit over hadden durven of willen dromen, hoe we daarmee omgaan kan ons heel veel verder brengen op ons persoonlijke pad. Of we nu onze wildste dromen waarmaken, of een comfortabel, ‘goed leven’ opbouwen; op die diepe, innerlijke laag helpt ieder van die ervaringen ons vooruit op ons persoonlijke pad.

En zo blijven we, vaak met vallen en opstaan, allemaal onderweg.
.
.

zondag 10 juli 2016

Toestemming


Er is een Amerikaans citaat dat zegt dat het gemakkelijker is om vergeving te vragen dan om toestemming te krijgen (Rear Admiral Grace Murray Hopper). Met andere woorden, beter om dat wat je wilt ondernemen gewoon te gaan doen, dan het is om eerst te proberen toestemming te krijgen voor je plan.

Wanneer we ons leven op die manier zouden gaan leven, dan blijkt dat het citaat wel degelijk leeftijdsgebonden is. Maar zo gauw we volwassen zijn ~ in leeftijd in ieder geval ~ is er zeker wat voor te zeggen om ons eigen plan te trekken, ons eigen leven te leven, die dingen te doen waar we ons goed bij voelen of die we belangrijk vinden, zonder eerst te gaan wachten totdat we daar toestemming voor hebben gekregen.

Als kind kwamen we er niet onderuit; onze plannen moesten eerst worden goedgekeurd door onze ouders, onderwijzers etc. Maar als volwassene… Aan wie zouden we toestemming moeten vragen?

Juist daarom is het vreemd dat we zo vaak iets niet doen omdat…
We niet weten of het kan. We niet weten of het goed uitpakt en wat nou als het misgaat. We in het verleden de kous op de kop hebben gekregen wanneer we iets wat heel belangrijk voor ons was wilden ondernemen. We zijn uitgelachen of uitgescholden.
Om maar een paar dingen te noemen.

En zonder dat we het ons bewust zijn, gaan we wanneer we iets willen gaan doen ~ iets nieuws of iets spannends ~ wachten op toestemming. Op instemming. Op aanmoediging vanuit onze directe omgeving.

Daarbij zouden we ons twee dingen mogen realiseren:
Het is een goed idee om eerst over ons plan te vertellen voordat we aanmoediging of instemming kunnen verwachten.
Uiteindelijk is het onze eigen keuze of we het plan gaan uitvoeren; of anderen het nu een goed idee vinden of niet.

Het plaatst ons in een interessante situatie waarin we aan de ene kant heel goed weten dat we zelf onze eigen keuze maken en ons eigen leven leiden, terwijl we aan de andere kant ~ vaak heel onbewust ~ het idee hebben dat we nog steeds eerst die toestemming moeten hebben van anderen voordat we werkelijk ons eigen leven mogen leiden.

Misschien wordt het tijd om ons denken een beetje aan te passen en die toestemming te vragen aan ons (Hoger) zelf. Om onszelf te motiveren en aan te moedigen eens iets nieuws, spannends te gaan doen. Om ons te laten leiden door ons Hoger Zelf en erop te vertrouwen dat we, zolang we werkelijk ons eigen pad bewandelen, op de juiste weg zijn…

zondag 3 juli 2016

Groeien en bloeien


Gisteren liep ik met een buurman een stukje langs het riviertje de Minstroom, kijkend naar groenstrook op de oever. Met een groep buren beheren wij de groenstrook; leuk om zo in de stad met de natuur bezig te zijn en tegelijkertijd sociale contacten met de buren te onderhouden.
Ieder jaar staat het fluitenkruid hoog te bloeien in de groenstrook. Hoewel het jammer is dat de grote wilgenbomen één voor één aan het einde van hun leven komen, betekent het wel dat er nu meer licht op de bodem valt waardoor we nu naast fluitenkruid ook steeds meer andere planten en kruiden in de groenstrook zien.

Dit jaar, met zoveel regen en relatief hoge temperaturen, lijken alle planten in de groenstrook uit hun voegen te barsten! Alles groeit sneller, groter, hoger. Met overal kleine bloemetjes, de meesten in wit en blauw. Maar ook de bomen groeien sneller dan we ooit hadden kunnen denken.
Vorig najaar hebben we nestkastjes opgehangen. In de grotere bomen zijn ze vastgeschroefd, terwijl ze in de kleinere bomen met ijzerdraad zijn vastgebonden.
Zo lopend langs de groenstrook zagen we gisteren dat dit ijzerdraad in amper acht maanden tijd al bijna is verdwenen in de bast van de boom!

Het toont dat waar wij misschien langzamerhand al die regen wel gehad hebben en verlangen naar een zonnetje, de natuur met volle teugen geniet van dit weer en de kans aangrijpt om te groeien en bloeien. Om te doen waar de natuur het beste in is: het benutten van de kans die er is, ook al komt die onverwacht.

Dat zouden wij kunnen leren van de natuur!

Maar al te vaak wanneer er een kans, een mogelijkheid, op ons pad komt ~ en vooral wanneer dat onverwacht gebeurt ~ vinden we te gemakkelijk allerlei redenen en excuses om er geen gebruik van te (kunnen) maken…
We moeten eerst iets afmaken. Of we hebben al een andere afspraak gemaakt. Of, wanneer die kans waar we misschien al heel lang op wachten ons eindelijk geboden wordt, dan blijkt dat we wel zeggen dat we dingen anders willen; dat we onszelf en ons leven (ten goede) willen veranderen, maar willen we eigenlijk daar de stappen toch niet voor zetten. Vaak omdat we bang zijn dat het niet voor ons zal werken, omdat we bang zijn onze zekerheid in het leven kwijt te raken.

Aan de andere kant ‘vergeten’ we ook wel eens te wachten op die kans, die mogelijkheid. Dan plannen we iets en dan willen we dat zo graag waar maken dat we het forceren, om er dan achter te komen dat dit niet werkt…

Ondertussen doet de natuur wat het het beste doet; groeien en bloeien!



zondag 26 juni 2016

Twee kanten


Ieder muntje heeft twee kanten. Of, zoals het gezegd wordt in Amerika, het maakt niet uit hoe plat een pannenkoek gebakken wordt, hij heeft nog steeds twee kanten.

En in de energie waarmee we op dit moment te maken hebben, geld dat zeker niet alleen voor muntjes of pannenkoeken; iedere situatie, elke gebeurtenis heeft (op z’n minst) twee kanten. En daar is op zich helemaal niets mis mee!

Het hangt er dan wel een vanaf hoe we die twee kanten definiëren. Zolang het gaat om ‘kop of munt’, om een voorkant en een achterkant, bovenkant en benedenkant, zelf een oude kant en een nieuwe kant, hebben we het over de feiten.
Maar op het moment dat we ~ al is het maar in onze gedachten ~ te maken hebben met ‘mijn kant’ en ‘die andere kant’; met de ‘goede kant’ en de ‘verkeerde’ of zelfs ‘slechte’ kant, dan oordelen we over die twee kanten. Dan vinden we de ene kant beter dan die andere kant.

Daarmee gaan we voorbij aan het feit dat een muntje met maar één kant totaal geen waarde heeft…

En zo is het eigenlijk met alles in ons leven. Zelfs wanneer twee partijen lijnrecht tegenover elkaar staan, dan is het zelden zo dat de ene partij gelijk heeft en de andere partij fout zit. Natuurlijk kunnen we het meer eens zijn met de ene kant versus de andere kant, dat is een persoonlijke beleving en helemaal prima ~ zolang we ook erkennen dat die andere kant ook bij die situatie hoort en dus ook een belangrijk aspect van de situatie belicht…
Dat maakt het belangrijk om die andere kant te observeren, te onderzoeken ~ er alles over te weten te komen ~ om zo te kunnen begrijpen wat die andere kant van de situatie precies inhoudt.
Waarom nu juist dat argument? Waar komt dat onderliggende gevoel vandaan? En waarom wordt het juist nu met zoveel verve naar voren gebracht?

Op het moment dat we dat weten, kunnen we er iets aan of mee gaan doen. Wanneer we dat willen tenminste; daar hebben we altijd een vrije keuze in.

Als we dit als concept in ons leven bekijken, dan blijkt dat juist wanneer we ‘tegengas’ krijgen in iets wat we willen doen of ondernemen, we niet het hele plaatje zien. Wanneer we ‘tegengas’ krijgen, zouden we er goed aan doen om niet zonder meer onze plannen door te zetten ~ ook al kost het ons meer energie, of zelfs meer kracht ~ maar om even een stap op de plaats te maken om te kijken waar die andere kant vandaan komt. En zeker zo belangrijk, wat die andere kant ons te vertellen heeft.

Op die manier krijgt dat muntje opeens een meerwaarde!



zondag 12 juni 2016

Wat nou als…


Soms is het een goed idee om ons voor te stellen wat er zou gebeuren als… Wat we zouden doen als… Wat we zouden kiezen als…
Om los van alle omstandigheden van ons dagelijkse leven, ons doen en laten eens met andere ogen te bekijken.

Wat zouden we doen als we niet de verantwoordelijkheid van een relatie, huis, gezin hadden? Geen huisje boompje beestje? Of zouden we dat juist heel erg missen?
Zouden we dan hetzelfde werk (willen) doen? Onze dagen op dezelfde manier invulling geven? Zouden we kiezen voor comfort en veiligheid, of voor avontuur? Zouden we erop vertrouwen dat we ook morgen weer te eten hebben; dat we op één of andere manier onze rekeningen wel kunnen betalen aan het einde van de maand ~ of slaat ons de angst om het hart wanneer we niet weten waar en hoe die dingen die we werkelijk nodig hebben zoals eten en een dak boven ons hoofd vandaan komen?
Zouden we meer of juist minder betrokken zijn bij anderen? Zouden we actie ondernemen om anderen te helpen, om een betere wereld te creëren? Of zouden we een soort kluizenaar zijn die zichzelf verandert om een voorbeeld te worden voor die betere wereld?

De vragen zijn talloos en kunnen gaan over ieder aspect van het leven.
En er zijn geen goede of foute antwoorden; het antwoord op iedere vraag is ene observatie die ons een stukje laat zien van wat we diep in ons hart werkelijk nodig hebben.

Wanneer we zo’n handvol vragen voor onszelf beantwoorden en daar zou uitkomen dat we ~ wanneer we die vrijheid zouden hebben ~ ander werk zouden willen doen. Misschien grotere avonturen willen beleven. Of zelfs op de barricaden willen staan voor een betere wereld. Dan betekent dat mogelijk dat we het idee hebben dat we vast zitten in ons leven. Of wellicht het idee hebben dat we onszelf zijn kwijtgeraakt ergens tussen de tijd dat we kind waren en ons leven van nu met alle verantwoordelijkheden.
Het kan ook zijn dat we erachter komen dat we ~ ook al klagen we er weleens over ~ een comfortabel leven met de zekerheid en structuur van een vaste baan juist heel plezierig vinden; terwijl we altijd dachten dat het avontuurlijke leven zonder lasten en plichten meer bij ons zou passen.

Wat onze antwoorden ook zijn, ze laten een glimp zien van onze diepste verlangens.
Het is daarna aan ons de keuze of we dat een stap verder willen nemen en iets in ons leven willen veranderen, of dat we ontdekken dat we eigenlijk ons leven best goed voor elkaar hebben!



zondag 5 juni 2016

Slaap


Slaap. We hebben het allemaal nodig. Sommigen zo’n 8 uur per etmaal, anderen meer of juist minder. De tijd die we slapen geven we de dingen die we in de dag ervoor hebben meegemaakt een plek in onze gedachten. Het is een tijd waarin we dromen en op die manier inzichten kunnen krijgen die aan de ene kant heel waardevol zijn, maar aan de andere kant vaak geen logische basis hebben… Het is een periode waarin we ‘bijtanken’ ~ regenereren ~ om dan de volgende dag weer fris en fit wakker te worden.

In sprookjes wordt slaap vaak anders bekeken. Natuurlijk hebben de ‘helden’ en ‘schurken’ ook daar hun slaap nodig, maar vaak wordt het gezien als een periode van niet bewust zijn van wat er om ‘de slaper’ heen gebeurt. En daardoor kan deze dan gevaar lopen; hoewel ’de slaper’ meestal net op tijd weer wakker wordt.
En dan hebben de sprookjes het over de lange periodes van slaap. Periodes die soms eeuwen kunnen duren, om dan weer wakker te worden in een tijd waarin de kwaliteiten van ‘de slaper’ weer nodig zijn.
Dat kan dan gaan over bijvoorbeeld ‘onschuld’, zoals in Sneeuwwitje. In andere verhalen kan het gaan over kracht, heldhaftigheid, of iets als magie. Een gave die niet iedereen heeft, maar die in een andere tijd weer wakker wordt, of ‘wordt gevonden’.

Maar wat is daar dan van waar?
Een sprookje is tenslotte een verzonnen verhaal en we weten allemaal dat we (nog) niet voor honderden jaren kunnen slapen om dan op het juiste moment weer wakker te worden. En als we dan wakker zouden worden, wat zouden we dan gaan doen? Zouden we de wereld zoals deze dan zal bestaan nog begrijpen?

Het grappige is dat, hoewel het misschien niet voor mensen geldt, het wel voor voorwerpen en zelfs voor ‘Spirituele Plaatsen’ waar is.
Zo zijn de ‘Nag Hammadi’ rollen eeuwenlang verborgen gebleven ~ ze hebben geslapen ~ om op het moment dat er opnieuw belangstelling was voor wat erin geschreven staat, weer gevonden te worden. En in zekere zin is hetzelfde waar voor de Maya tijdsdeling en kennis.
Zo worden ‘Spirituele Plaatsen’ nu opgegraven en onderzocht; worden de oude stenen en patronen attracties voor belangstellende toeristen.

En iedere eens in de zoveel tijd instaat er een ‘Spirituele Plaats’ zomaar. Het lijkt uit het niets te komen; en misschien zijn er ook helemaal geen uiterlijke kenmerken meer na zo’n lange, lange slaap…

Dan wordt het spannend om te gaan kijken waarom zo’n plaats juist nu weer wakker is geworden…
En wat die plek ons nu heeft te bieden.