zondag 23 februari 2014

Gezond verstand

Ik denk weleens dat het tijd is om ons ‘gewone, gezonde verstand’ weer wat vaker te gebruiken.

Je hoeft er tenslotte toch niet voor te hebben gestudeerd om te snappen dat (teveel) suiker, vet, etc. niet goed voor ons zijn. En ook al weet je er misschien niet helemaal het fijne van; het is logisch om te veronderstellen dat we gezonder blijven wanneer we gezonder eten en drinken.
Dat op de fiets naar de stad gaan goedkoper is dan met het openbaar vervoer. Dat hoe meer producten we kopen in plastic verpakkingen, des te meer we te recyclen hebben.

Nu is het goed dat we bijvoorbeeld plastic ~ maar ook papier, metaal, batterijen en ga zo maar door ~ kunnen recyclen. Maar waarom hebben we zoveel afval om mee te beginnen?
‘Eerlijke’ producten zijn vaak met gezond verstand ~ en daardoor eenvoudiger ~ verpakt…

Het gekke is dat we onze focus verlegd hebben.
In plaats van minder suiker te gebruiken, kiezen we nu voor de ‘light’ variant van het product want dat is ‘niet zo slecht’. Dus margarine in plaats van roomboter, decaf in plaats van cafeïne houdende koffie en ga zo maar door.
Het lijkt of we er helemaal blij mee zijn om dat te kopen, dat te eten, dat te doen wat ons wordt voorgeschoteld zonder erover na te denken waarom we dat doen. Zonder daar ons gezond verstand bij te gebruiken.

Dat is toch raar?

Want als we niet zelf blijven nadenken over wat goed is voor onszelf, dan is de volgende stap dat we eigenlijk gewoon doen wat een ander ons verteld. Het gekke is dat we nog zo kunnen ageren tegen autoriteiten, wanneer het aankomt op dit soort alledaagse dingen, dan volgen we de aanwijzingen vaak zonder mopperen.
Van zoet, naar zoeter, naar een suikervervanger, naar de ‘light variant’ ~ zonder ons ooit af te vragen of dat ook echt het beste is voor onszelf. En voordat we het weten hebben die onschuldige aanwijzingen ons naar een punt geleid waar we misschien niet eens meer echt weten wat wel en wat niet goed is voor ons…

Dus tijd om ons gezond verstand weer te gaan gebruiken. Om weer te gaan nadenken over wat we weten en wat we eten!
.
.

zondag 16 februari 2014

Reizen

Het idee om op reis te gaan geeft me vaak een gevoel van enthousiasme.
Dit begint al met de voorbereidingen voor de op handen zijnde reis; niet zozeer het inpakken zelf ~ voor mij altijd een ‘last minute’ gebeurtenis ~ maar wel het maken van de plannen. Het vooruitkijken, het plannen van de reis zelf is al leuk ~ en dan ben ik nog niet eens onderweg.

Eenmaal onderweg, het is altijd afwachten wie je ontmoet. Van degene die je helpt met inchecken, degene die naast je zit gedurende de reis, tot aan de oude en nieuwe vrienden die je op de plaats van bestemming gaat ontmoeten. De andere omgeving, het andere klimaat, de andere cultuur; het zijn allemaal dingen waar ik naar enorm van kan genieten.
En hoewel het ook weleens mis gaat, ga ik er eigenlijk altijd automatisch van uit dat het allemaal prima gaat verlopen.

Reizen, of het nu korte of relatief lange reizen zijn, helpen bij het krijgen van nieuwe perspectieven. Een nieuwe, frisse kijk op de zaken en op het leven zelf.

Soms denk ik weleens dat we ons ‘gewone’ leven meer zouden moeten zien als een reis en met hetzelfde enthousiasme zouden moeten benaderen. Met een openheid en een nieuwsgierigheid naar wat we iedere volgende dag weer zullen gaan beleven… Met een houding van ‘kom maar op’ vanuit de veronderstelling dat, hoewel het misschien niet altijd gemakkelijk zal zijn en het soms weleen allemaal mis zal lopen, het uiteindelijk allemaal goed komt.

Al te vaak laten we ons in een raamwerk duwen door situaties. Laten we ons verleiden tot een reactie waarvan we denken dat anderen die van ons verwachten. En komen we in een routine terecht die weinig ruimte laat voor enthousiasme.

Dat is het moment dat voor mij de reislust weer begint te kriebelen…
En eigenlijk maakt het niet uit of het dan gaat om een dagje uit, twee weken vakantie, of een langere reis.

Eén ding is zeker; zo gauw de reislust de kop op steekt is er de behoefte aan een vernieuwd enthousiasme… en nieuwe perspectieven.
.
.

zondag 9 februari 2014

Obstakels

Het lijkt wel of iedereen in mijn omgeving de nodige obstakels tegenkomt. Of het nu gaat over ‘werk’, over ‘relaties’, of het nu te maken heeft met familie ~ het ene moment lijkt alles prima z’n gangetje te gaan en het volgende moment is niets meer wat het lijkt…
Zelfs wanneer we er zelf niet direct bij betrokken zijn, kan dit een enorme invloed hebben op hoe we ons pad bewandelen.

Wanneer we zo’n obstakel tegenkomen op ons pad, dan kan het gebeuren dat er opeens een hele rij dominostenen lijken te staan… Om te beginnen is het iets wat we willen overkomen; we willen er een oplossing voor vinden ~ en dus krijgt het obstakel onze tijd en aandacht. Die tijd en aandacht geven we dan niet meer aan dat wat we willen doen; aan die dingen die we vinden van onszelf dat we moeten doen. Vaak gaan we dan compenseren en proberen allebei te doen; en hoewel dat misschien wel een poosje lukt, resulteert het bijna altijd in een situatie waarin we ons overweldigt voelen door alles wat er aan de hand is op ons pad en in ons leven.
Uiteindelijk komt dan de tijd om keuzes te maken.

Als we ervan uitgaan dat alles op ons pad komt met een reden ~ niet noodzakelijkerwijs een reden voor anderen die er misschien bij betrokken zijn, maar een reden voor onszelf; voor onze eigen persoonlijke groei ~ dan kan dat een ander licht werpen op dat lastige obstakel dat we tegenkomen.
Het kan dan best zijn dat het obstakel niet zozeer iets is wat we oplossen ~ of niet oplossen en bij weg lopen ~ maar dat het een seintje is dat het tijd is dat ons pad een andere richting opgaat. Dat het Universum ons laat weten dat we, in ieder geval voor een periode, andere dingen mogen doen; op een andere manier tegen het leven aan mogen kijken…

Plotseling is dan dat obstakel niet zozeer een last meer, maar meer een uitdaging; een avontuur dat ons unieke, individuele levenspad een nieuwe richting geeft.
Een enthousiasme om nieuwe avonturen te gaan beleven!
.
.

zondag 2 februari 2014

Haast

Soms vraag ik me wel eens af of het woord ‘haast’ vandaan komt.
Het is een woord met twee, zo op het oog, heel verschillende betekenissen: haast als in niet genoeg tijd hebben en haast als in ‘bijna’.

En als ik dan bedenk dat ik, wanneer ik gehaast ben, de dingen snel wil doen; efficiënt, in de kortst mogelijke tijd ~ dan komt gelijk de zegswijze ‘haast je, rep je’ bij me boven. en onmiddellijk daarna de gedachte of het misschien eigenlijk ‘haasje rep je’ zou moeten zijn…
Met andere woorden, zou het woord ‘haast’ komen van het woord ‘haas’?

Dus wanneer we haast hebben, bewegen we ons zo snel als een haas?!

Zou best kunnen.
Er zijn veel woorden die zijn ontstaan door de natuur te observeren, dus waarom dit woord niet?

Het is wel een woord waar we in het dagelijkse leven een negatieve lading aan geven. ‘Haastige spoed is zelden goed’. Wanneer we haast hebben, hebben we geen tijd voor andere dingen (die misschien wel veel leuker zijn) en hebben we ook geen tijd om van het moment, het ‘nu’ te genieten. We hebben gewoon heel veel te doen en maar een beperkte tijd om alles gedaan te krijgen…

Het is iets wat ons bijna nooit lukt ~ om in een haastige situatie alles te doen wat we willen doen. En opeens is daar de link tussen de twee betekenissen van het woord ‘haast’! Als we haast hebben, zijn we er bijna. Het is bijna af. Het is bijna gedaan. Als we haast hebben zijn we altijd onderweg; we komen nooit aan op de plaats van bestemming; het eindpunt.

En dat is misschien wel het grootste verschil tussen ons mensen en de haas.
De haas weet wanneer het goed is om te rennen en wanneer het tijd is om te rusten. Het blijkt dat een haas zelfs tijd neemt om daar een plek voor in te richten: een hazeleger. Dat is geen leger van hazen, maar een enigszins verscholen plek van de haas om te rusten; zelfs wanneer dat alleen maar een ‘hazenslaapje’ is.

De energie van de haas is verbonden met de maan en daarmee met intuïtie. Dat geeft de haas een vermogen veel ‘op te pikken’; veel te weten. Hoewel het ook een energie is die dat wat het weet niet prijsgeeft; wanneer je ernaar vraagt is het al gauw: ‘mijn naam is haas…’

Het enige wat een haas meestal niet heeft is haast.
Dat is weer iets van ons mensen…
.
.